Terug naar overzicht

Stimuleer blokvorming van politieke partijen


Een meerderheid in de Tweede Kamer wil een einde maken aan de mogelijkheid van lijstverbinding voor de verkiezingen van de Tweede Kamer. Met een lijstverbinding kunnen partijen wat makkelijker een restzetel binnenhalen. Vooral kleinere partijen (GroenLinks en ChristenUnie) hadden hier baat bij. Voor een grotere partij is het instrument minder aantrekkelijk omdat de kans dat de grotere partij een restzetel krijgt toegewezen kleiner is dan wanneer zij geen lijstverbinding zou zijn aangegaan.

In plaats van afschaffen zou je er ook over kunnen nadenken of je het systeem nieuw leven kunt inblazen. Samenwerken kun je niet afdwingen, maar wel stimuleren of zelfs belonen. Dat zou je kunnen doen door het blok van samenwerkende partijen dat bij de verkiezingen het grootste is geworden een bonus toe te kennen van extra zetels. Daarmee neem je tegelijkertijd iets weg van de zwakte van ons evenredige kiesstelsel.

In een stelsel met evenredige vertegenwoordiging komt het aantal afgevaardigden in het parlement recht evenredig overeen met het aantal uitgebrachte stemmen op een partij. In een meerderheidsstelsel daarentegen krijgt de partij die de meeste stemmen haalt in een bepaald kiesdistrict de zetel. Daardoor kan het gebeuren dat een partij die niet de meeste stemmen haalt in het hele land, toch de meeste zetels haalt in het parlement.

De sterke kant van een meerderheidsstelsel is dat na de verkiezing in de meeste gevallen één partij de meerderheid heeft die daarmee snel een stabiele regering kan vormen. De zwakke kant is dat grote groepen kiezers zich niet vertegenwoordigd weten. Het sterke van een stelsel van evenredigheid is dat dit wel een getrouwe weergave is van de politieke krachtsverhoudingen, en dat ook minderheden goed aan bod kunnen komen. Maar het is vaak moeizaam om tot een werkbare meerderheid te komen in het parlement.

Toch is de evenredigheid diep geworteld in ons rechtsbewustzijn. Af en toe wordt wel eens een pleidooi gevoerd een kiesdrempel in te voeren van 2, 3 of 5 procent. Maar dit lost niets op. Het is geen antwoord op de verkruimeling van de middenpartijen. Het enige wat je ermee bereikt is dat je de toetreding van nieuwe partijen bemoeilijkt. En het mooie van ons systeem is nu juist dat het zeer open is voor nieuwkomers. Door blokvorming te stimuleren kun je iets doen om de machtsvorming makkelijker te maken met behoud van de evenredigheid.

Dat zou kunnen door de verbonden lijsten die de meeste zetels krijgen een bonus te geven van bijvoorbeeld 15 extra zetels. De eerste 135 zetels worden dan verdeeld volgens het huidige systeem. Daar verandert niets aan. Alleen wordt de kiesdrempel van 0,67 procent iets hoger. Het grootste blok krijgt dus bovenop de zetels die het in eerste aanleg haalt er 15 zetels bij. Ook die 15 zetels zullen naar evenredigheid binnen dit blok moeten worden verdeeld.

Het effect dat hiermee wordt beoogd, is dat die bonus zo aantrekkelijk is dat partijen voor de verkiezingen al afspraken maken en proberen het grootste blok te worden.

Een rekenvoorbeeld. Stel nu dat bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen PvdA, SP, GL en PvdD een lijstverbinding waren aangegaan en aan de andere kant VVD, D66, CDA, CU, SGP en 50PLUS. Het laatste blok was het grootste geworden en had dan in plaats van 76 zetels in het huidige systeem er 83 gekregen. Dat is een veel meer werkbare meerderheid. Als D66 voor links had gekozen was dat blok het grootste geworden met 64 zetels. Met de bonus van 15 erbij was dat 79 geworden, tegen 71 in het huidige systeem. Het zijn geen grote verschuivingen, maar ze kunnen nét het verschil maken.

Dit artikel verscheen 21 september 2015 tevens in de Volkskrant.

Over de auteurs

Martin van Haeften

Martin van Haeften is werkzaam op het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en was secretaris van de staatscommissie Grondwet

Reacties

Recente blogs
Onrust binnen de rechterlijke organisatie over de niet-rechterlijke teamvoorzitter
Promovendireeks 2023-2024
Dienstbaarheid in de Awb
Bewaker of medeplichtig? De rol van de EU in de erosie van de rechtsstaat in Griekenland