Terug naar overzicht

Het controversiële karakter van de controversieelverklaring


Asiel, stikstof, de woningmarkt. Drie thema’s die de Haagse politieke agenda de afgelopen jaren hebben gedomineerd, en waarover de partijen zich ook in de verkiezingscampagne weer over in de haren zullen vliegen. Toch zijn deze thema’s niet controversieel. Zo luidde tenminste het oordeel van de Tweede Kamer, die hier woensdag 25 juni over stemde. Het demissionaire kabinet behoudt op deze gebieden dus de volle handelingsvrijheid en de Tweede Kamer kan over wetsvoorstellen op deze terreinen gewoon blijven debatteren en stemmen.

Wie de krant de afgelopen dagen opensloeg, constateerde vooral felle debatten over stikstof en asiel. Op het eerste dossier verzamelt de verantwoordelijke minister inmiddels ingediende moties van wantrouwen vanuit de oppositie. Het asieldossier was zelfs een splijtzwam voor de coalitie en leidde tot de val van het kabinet. De ingediende spoedwetten zijn, zo weten we inmiddels, zodanig omstreden dat de benodigde Kamermeerderheid een complexe koehandel tussen verschillende partijen is geworden. Wetsvoorstellen op deze terreinen zouden, zo zal de krantenlezer vermoedelijk gedacht hebben, bij uitstek controversieel zijn. Controversiëler in elk geval dan bijvoorbeeld het wetsvoorstel waarmee ProRail moet worden omgevormd tot een zelfstandig bestuursorgaan.

Zou je zeggen. Want de realiteit is precies omgekeerd. Juist dit laatste wetsvoorstel is één van de wetsvoorstellen die door de Kamer wél controversieel zijn verklaard, samen met bijvoorbeeld een wetsvoorstel dat gemeenten de mogelijkheid moet geven om de eigen bijdrage voor maatschappelijke ondersteuning inkomensafhankelijk te maken. Een belangrijke kwestie, zeker voor de mensen die van zulke maatschappelijke zorg afhankelijk zijn, en zeker ook een waar politieke verschillen van inzicht over bestaan. Maar toch niet echt een kwestie die de afgelopen jaren hete politieke vuren deed oplaaien.

Het heeft er dan ook alle schijn van dat een controversieel wetsvoorstel geen thema is dat daadwerkelijk tot controverse leidt, maar eerder een thema waarvan de Kamer inschat dat het minder prioriteit heeft om nog tot besluitvorming te leiden voordat een nieuw kabinet daarover met een nieuw verkozen Kamer van gedachte kan wisselen. Niet voor niets waren er de afgelopen weken herhaaldelijk oproepen om bepaalde onderwerpen niet controversieel te verklaren omdat zij ‘te belangrijk’ zouden zijn.

Dat roept de vraag op waarom we eigenlijk ooit aan dat controversieel verklaren zijn begonnen, en of het nog wel van deze tijd is. Vooropgesteld: het staat de Kamer staatsrechtelijk volkomen vrij om kwesties wel of niet controversieel te verklaren, om wat voor redenen dan ook. Partijen mogen zich daarbij best laten leiden door politieke logica: met name op een thema als asiel zien partijen wellicht kans om nu nog snel “zaken te doen” met een rechtse meerderheid die na de verkiezingen misschien wel is verdwenen. Toch kan er ook iets verloren gaan door steeds minder onderwerpen controversieel te verklaren: er waren natuurlijk goede redenen dat hier in het verleden behoedzamer mee werd omgesprongen. Ons systeem is niet ingericht op ‘sterke’ demissionaire kabinetten die van de Kamer ruimte krijgen om over hun graf heen te regeren.

Dát de Kamer de afgelopen jaren veel minder onderwerpen controversieel heeft verklaard dan voorheen is op zich niet zo verwonderlijk. De voortijdige val van kabinetten en de steeds langere duur van kabinetsformaties hebben ervoor gezorgd dat Nederland steeds vaker door een demissionair kabinet is bestuurd. De gedachte is dat we het ons in die constellatie niet altijd meer kunnen veroorloven om hele dossiers tijdelijk te parkeren. Daarnaast zijn er natuurlijk internationale ontwikkelingen die zich sowieso weinig aantrekken van onze interne politieke strubbelingen maar die soms wel vragen om een directe reactie vanuit Den Haag, zoals de slepende oorlog in Oekraïne.

Toch valt er wel iets voor te zeggen om het controversieel verklaren serieus te nemen. Niet in de laatste plaats omdat het controversieel verklaren van wetsvoorstellen juist een prikkel is om de kabinetsformatie te versnellen. Ten eerste hebben de formerende partijen minder ruimte om met hun duimen te gaan draaien als het land wordt geregeerd door een kabinet dat geen enkel mandaat heeft om de grote problemen op te lossen waar we ons mee zien geconfronteerd. Als deze belangrijke dossiers controversieel zijn verklaard zal er meer maatschappelijke druk op de partijen komen te liggen om tot een akkoord te komen om het vleugellamme kabinet te vervangen. Die maatschappelijke druk zal hoger zijn dan wanneer er op de achtergrond nog een semi-demissionair kabinet over zijn graf heen aan het regeren is.

Ten tweede is het controversieel verklaren van wetsvoorstellen een kwestie van constitutionele hoffelijkheid. Het voorkomt vergiftigde en gepolariseerde politieke verhoudingen. Een voorbeeld. De peilingen suggereren dat een volgend kabinet waarschijnlijk afhankelijk wordt van een samenwerking tussen de VVD en PvdA-GroenLinks. Nu nog even snel meters maken die de partijen die nu nog in de oppositie zitten nauwelijks kunnen verkroppen, zet een stevige hypotheek op een toekomstige kabinetsformatie. De partijen zullen niet eerder tot elkaar komen als de onderhandelaars zich in zo’n geval geconfronteerd zien met een aantal kersverse controversiële besluiten die gedurende of na de campagne tot stand zijn gekomen – en die mogelijk ook nog eens strijdig zijn met onze Europees- en internationaalrechtelijke verplichtingen. In dat geval worden de onderhandelingen over een nieuw kabinet van tevoren al met zoveel ballast beladen dat we de jacht op het Belgische “formeerrecord” van 541 dagen alvast kunnen openen.

Over de auteurs

Kas de Goede

Kas de Goede is promovendus bij de sectie Staats- en bestuursrecht van de Universiteit van Amsterdam

Jerfi Uzman

Jerfi Uzman is hoogleraar Staatsrecht aan de Universiteit van Amsterdam

Reacties

Recente blogs
Zomerreeks 2025: het favoriete boek
#23: Waar schuilt het algemeen belang? Naar aanleiding van Rousseaus Du Contrat Social
Zomerreeks 2025: het favoriete boek
#22: Stefan Zweig – De wereld van gisteren
Te heet onder onze voeten – planetaire grenzen als ijkpunt voor beleid